ECLI:NL:CBB:2019:566
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om voorlopige voorziening in verband met intrekking communautaire vergunning voor beroepsgoederenvervoer
In deze zaak heeft het College van Beroep voor het Bedrijfsleven op 29 oktober 2019 uitspraak gedaan over een verzoek om een voorlopige voorziening van [naam 1] B.V. (verzoekster) tegen de intrekking van haar communautaire vergunning voor beroepsgoederenvervoer over de weg door de Nationale en Internationale Wegvervoer Organisatie (NIWO) (verweerder). De intrekking van de vergunning ging in op 1 oktober 2019, en verzoekster stelde dat zij een spoedeisend belang had bij het schorsen van deze intrekking, omdat zij zonder vergunning niet in staat zou zijn om haar bedrijfsactiviteiten voort te zetten, wat zou leiden tot faillissement en werkloosheid voor haar chauffeurs.
Tijdens de zitting op 15 oktober 2019 heeft verzoekster geprobeerd aan te tonen dat zij de beschikking had over de benodigde voertuigen en chauffeurs, maar verweerder betwistte dit en stelde dat verzoekster geen bewijs had geleverd van de huurovereenkomsten voor de voertuigen. De voorzieningenrechter heeft verzoekster de gelegenheid gegeven om binnen een week na de zitting aanvullende stukken te overleggen ter onderbouwing van haar spoedeisend belang, maar verzoekster heeft hier niet aan voldaan.
De voorzieningenrechter oordeelde dat verzoekster niet aannemelijk had gemaakt dat er sprake was van een spoedeisend belang en wees het verzoek om voorlopige voorziening af. Tevens werd er geen proceskostenveroordeling uitgesproken, omdat er geen aanleiding was om een van de partijen in de kosten te veroordelen. De uitspraak werd openbaar uitgesproken op 29 oktober 2019.