Uitspraak
COLLEGE VAN BEROEP VOOR HET BEDRIJFSLEVEN
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 22 oktober 2019 op het verzet van
[naam] , te [plaats] , appellant,
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
.De beslissing is in het openbaar uitgesproken
College van Beroep voor het bedrijfsleven
In deze zaak heeft appellant, vertegenwoordigd door mr. J. ten Hoven-de Beer, beroep ingesteld tegen de beslissing op bezwaar van de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit van 15 februari 2019. Het College van Beroep voor het bedrijfsleven heeft op 9 juli 2019 het beroep niet-ontvankelijk verklaard, omdat appellant niet tijdig de gronden van het beroep had ingediend. Appellant heeft vervolgens verzet aangetekend tegen deze uitspraak en verzocht om te worden gehoord.
Het verzet is behandeld op 19 september 2019, maar appellant is niet verschenen en de minister was ook niet vertegenwoordigd. In het verzetschrift werd aangevoerd dat de correspondentie van het College naar het oude adres van de gemachtigde was gestuurd, waardoor deze te laat was ontvangen. Het College heeft echter geoordeeld dat het aan appellant is om een adreswijziging tijdig door te geven. Het gewijzigde correspondentieadres was pas in het verzetschrift vermeld en was daarmee niet tijdig aan het College doorgegeven.
Het College heeft geconcludeerd dat het beroep terecht niet-ontvankelijk was verklaard en dat het verzet ongegrond is. Er was geen aanleiding voor een veroordeling in de proceskosten van het verzet. De uitspraak is gedaan door mr. T.G.M. Simons en is openbaar uitgesproken op 22 oktober 2019.