In deze zaak heeft de maatschap [naam 1] beroep ingesteld tegen het bestuur van de Nederlandse Beroepsorganisatie van Accountants (NBA) over de kosten die in rekening zijn gebracht voor een kwaliteitstoetsing en de beoordeling van een verbeterplan. De NBA had aan appellante kosten van € 2.450,- voor de kwaliteitstoetsing en € 1.230,- voor de beoordeling van het verbeterplan in rekening gebracht. Appellante betwistte de hoogte van deze kosten en stelde dat de kwaliteitstoetsing onzorgvuldig was uitgevoerd. Het College van Beroep voor het bedrijfsleven heeft op 11 september 2018 uitspraak gedaan. Het College oordeelde dat de NBA de kosten terecht in rekening had gebracht, omdat de verplichting om een verbeterplan in te dienen en de bijbehorende kosten voortvloeien uit de wetgeving en de verordeningen die de NBA hanteert. Het College heeft vastgesteld dat de indeling van appellante in categorie III voor de toetsing correct was, ondanks de door appellante gemaakte invulfout. De beroepsgronden van appellante werden verworpen, en het College verklaarde het beroep ongegrond. De uitspraak bevestigde dat de kosten voor de kwaliteitstoetsing en de beoordeling van het verbeterplan niet verlaagd hoefden te worden, aangezien het eindoordeel van de kwaliteitstoetsing in stand was gebleven.