Uitspraak
COLLEGE VAN BEROEP VOOR HET BEDRIJFSLEVEN
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 29 mei 2018 in de zaak tussen
de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, verweerder
Procesverloop
.
.
Overwegingen
.1.3 Hangende beroep heeft verweerder bij het herziene bestreden besluit 1 de toewijzing van de betalingsrechten herzien, in die zin dat aan appellante alsnog 50,88 betalingsrechten zijn toegekend. Bij de berekening hiervan is verweerder uitgegaan van 50,88 ha geconstateerde subsidiabele landbouwgrond. Gelet op het bepaalde in artikel 6:19 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) heeft het beroep van rechtswege mede betrekking op het herziene bestreden besluit 1. Nu gesteld noch gebleken is dat appellante nog belang heeft bij beoordeling van haar beroep, voor zover gericht tegen bestreden besluit 1, wordt het beroep in zoverre niet-ontvankelijk verklaard.
Beslissing
niet-ontvankelijk;
- verklaart het beroep, voor zover gericht tegen het herziene bestreden besluit 2, ongegrond.