In deze zaak gaat het om een hoger beroep van drie bouwondernemingen tegen een boete die door de Autoriteit Consument & Markt (ACM) is opgelegd wegens overtreding van artikel 6 van de Mededingingswet (Mw). De ACM had vastgesteld dat de ondernemingen in de periode van maart 2008 tot en met december 2008 inschrijfcijfers hadden afgestemd en informatie over hun inschrijfgedrag hadden uitgewisseld voorafgaand aan een aantal aanbestedingen, wat wordt aangeduid als 'cover pricing'. De oorspronkelijke boete van € 3.000.000,- werd door de rechtbank Rotterdam gematigd tot € 2.500.000,-. In hoger beroep oordeelt het College van Beroep voor het bedrijfsleven dat de boete onevenredig hoog is en stelt deze vast op € 463.000,-. Het College overweegt dat de ACM onvoldoende heeft gemotiveerd waarom de boete zo hoog moest zijn, gezien de omstandigheden van de overtreding en de eerdere boetes die aan de appellanten waren opgelegd. Het College vernietigt de eerdere uitspraak van de rechtbank voor zover deze de hoogte van de boete betreft en stelt zelf de nieuwe boete vast.