ECLI:NL:CBB:2016:174
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Verzet
- E.R. Eggeraat
- S.D.M. Michael
- Rechtspraak.nl
Verzet tegen niet-ontvankelijkverklaring herzieningsverzoek en schadevergoedingsverzoek door Stichting Garantie- en Waarborgfonds Nederland
In deze zaak heeft de Stichting Garantie- en Waarborgfonds Nederland (hierna: appellante in verzet) verzet aangetekend tegen de uitspraak van het College van Beroep voor het bedrijfsleven van 11 december 2015, waarin haar herzieningsverzoek niet-ontvankelijk werd verklaard en het College zich onbevoegd verklaarde om kennis te nemen van haar schadevergoedingsverzoek. De uitspraak van 11 december 2015 was gebaseerd op het feit dat appellante in verzet het herzieningsverzoek niet binnen de wettelijke termijn van een jaar had ingediend, nadat zij bekend was geworden met de relevante feiten en omstandigheden. Appellante in verzet voerde aan dat zij door eerdere obstructies niet in staat was geweest om tijdig een verzoek in te dienen.
Tijdens de zitting op 19 mei 2016 heeft appellante in verzet, vertegenwoordigd door haar gemachtigde ing. R.C.J. Gubler, haar standpunt toegelicht. De vertegenwoordiger van De Nederlandsche Bank N.V. (DNB), mr. A.J. Boorsma, was ook aanwezig. Het College heeft overwogen dat appellante in verzet zich kennelijk vereenzelvigt met haar directeur/bestuurder en dat de vertraging in het indienen van het herzieningsverzoek niet kan worden gerechtvaardigd door de omstandigheden die Gubler heeft ervaren. Het College heeft vastgesteld dat Gubler ten tijde van belang niet bevoegd was om namens appellante beslissingen te nemen.
Het College heeft ook geoordeeld dat het schadevergoedingsverzoek niet in het kader van een hoger beroep kan worden behandeld, waardoor alleen de burgerlijke rechter bevoegd is om hierover te oordelen. Uiteindelijk heeft het College het verzet ongegrond verklaard, waardoor de eerdere uitspraak van 11 december 2015 in stand blijft. De uitspraak is openbaar uitgesproken op 30 juni 2016.