ECLI:NL:CBB:2015:404
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- R.R. Winter
- G.J.P. Leuverink
- Rechtspraak.nl
Afwijzing subsidieaanvraag zonnepanelen op basis van niet-ontvangen aanvraag
In deze zaak heeft het College van Beroep voor het bedrijfsleven op 30 maart 2015 uitspraak gedaan in het geschil tussen een appellant en de Minister van Economische Zaken over de afwijzing van een subsidieaanvraag voor fotovoltaïsche zonnepanelen. De appellant had op 28 juni 2013 een subsidieaanvraag ingediend via het E-loket, maar deze aanvraag was door de Minister niet ontvangen. De Minister heeft de subsidieaanvraag op 3 oktober 2013 afgewezen, omdat het subsidieplafond was bereikt. De appellant heeft bezwaar gemaakt, maar dit bezwaar werd op 21 november 2013 ongegrond verklaard. Hierop heeft de appellant beroep ingesteld bij het College.
Tijdens de zitting op 16 februari 2015 heeft de appellant betoogd dat hij er van overtuigd is dat hij de aanvraag op 28 juni 2013 heeft ingediend. Hij stelde dat hij niet op de hoogte was dat zijn aanvraag niet was ontvangen en dat hij, indien hij hierover was geïnformeerd, tijdig een nieuwe aanvraag had kunnen indienen. De Minister heeft echter gesteld dat de aanvraag nooit is verzonden, omdat de appellant niet op de verzendknop had geklikt. Het College heeft vastgesteld dat de aanvraag als concept was opgeslagen en dat de appellant verantwoordelijk was voor het indienen van de aanvraag.
Het College heeft geoordeeld dat de aanvraag die op 12 september 2013 is ontvangen, na het bereiken van het subsidieplafond is binnengekomen. Hierdoor was de Minister verplicht om de aanvraag af te wijzen op grond van de Algemene wet bestuursrecht. Het beroep van de appellant is ongegrond verklaard, en er zijn geen gronden voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak benadrukt het belang van het verifiëren van de ontvangst van elektronische aanvragen door de aanvrager.