3.2Het College stelt voorop dat DNB, voor zover voor de beoordeling van het hoger beroep van belang, deze heffing van € 7.500,- heeft vastgesteld op grond van het navolgende.
Artikel 13, eerste lid, van het Besluit bekostiging financieel toezicht (het Bekostigingsbesluit) bepaalde ten tijde van belang dat aan een financiële onderneming die in de loop van het jaar onder toezicht is komen te vallen, een bedrag in rekening wordt gebracht naar evenredigheid van het aantal maanden in het jaar dat de financiële onderneming onder de relevante categorie valt. Daarbij geldt een gedeelte van een maand als een volledige maand.
De berekeningsfactoren voor heffing van kosten van toezicht gehouden in 2012 zijn door de minister van Financiën vastgelegd in de Regeling tot vaststelling voor 2012 van de bedragen, bandbreedtes, verdeelsleutels en tarieven van de Wet op het financieel toezicht (de Vaststellingsregeling 2012).
In artikel 2, tweede lid, aanhef en onder m, van de Vaststellingsregeling 2012 is voor
betaaldienstverleners als heffingsmaatstaf vastgesteld: de provisie- en commissie-inkomsten.
De tarieven en bandbreedtes voor het variabele deel van de heffing voor doorlopende toezichtkosten zijn op grond van artikel 6, eerste lid, van de Vaststellingsregeling 2012 neergelegd in de bijlage bij die regeling. In die bijlage is voor zover relevant het
volgende bepaald:
betaalinstellingen als bedoeld in artikel 7, eerste lid, onderdeel i, onder 1°, van het besluit en elektronischgeldinstellingen als bedoeld in artikel 7, eerste lid, onderdeel m, onder 1°, van het besluit
provisie- en commissie-inkomsten € 0 tot en met € 200.000
€ 5.000
provisie- en commissie-inkomsten > € 200.000 tot en met € 500.000
€ 10.000
provisie- en commissie-inkomsten >€ 500.000 tot en met € 1.000.000
€ 15.000
provisie- en commissie-inkomsten > € 1.000.000 tot en met € 5.000.000
€ 20.000
provisie- en commissie-inkomsten > € 5.000.000
€ 25.000
DNB heeft in dit geval als provisie- en commissie-inkomsten van Brainpoint aangemerkt de inkomsten uit de verhuur van de betaalautomaten ad € 400.181,-, de transactieverwerking ad € 110.256,- en de overige posten ad € 18.099,-, aldus een totaalbedrag van € 528.536,-.
Brainpoint betwist niet dat de inkomsten uit transactieverwerking zijn aan te merken als provisie- en commissie-inkomsten als bedoeld in de Vaststellingsregeling 2012. Zij stelt evenwel met haar grief onder meer de vraag aan de orde of de inkomsten uit verhuur van de betaalautomaten ook zijn te beschouwen als zodanige inkomsten. Een ontkennend antwoord zou ingevolge artikel 13, eerste lid, van het Bekostigingsbesluit in samenhang met de bijlage bij de Vaststellingsregeling 2012 met zich brengen dat de inkomsten uit verhuur van de betaalautomaten buiten de heffingsmaatstaf moeten worden gelaten, waardoor het totaalbedrag aan provisie- en commissie-inkomsten in ieder geval onder de € 200.000,- blijft, en dat in dat geval, zoals ook Brainpoint voorstaat, de heffing € 2.500,- zou bedragen. Een bevestigend antwoord zou, zelfs al zouden de inkomsten van de overige posten niet als provisie- en commissie-inkomsten bij de heffingsmaatstaf mogen worden betrokken, in dit kader betekenen dat DNB terecht een heffing van € 7.500,- aan Brainpoint heeft opgelegd.