Uitspraak
COLLEGE VAN BEROEP VOOR HET BEDRIJFSLEVEN
Uitspraak van de meervoudige kamer van 10 juli 2014 in de zaak tussen
European Livestock B.V., appellante
het Productschap Vee en Vlees, verweerder
Procesverloop
Overwegingen
14 september 2009 is (onder meer) geconcludeerd dat er geen afwijkingen met betrekking tot de rusttijden van de vaarzen is vastgesteld en dat een voorbehoud wordt gemaakt voor de bevindingen die uit de tegencontroles naar voren komen. De bevindingen van de tegencontrole zijn neergelegd in een bedrijfscontrolerapport van 14 juli 2011. Daarbij is onder meer vastgesteld dat appellante de tachograafschijven niet meer voor handen heeft. Op grond van deze bevindingen heeft verweerder bij besluit van 17 januari 2012 besloten de verleende restituties in te trekken en het uitgekeerde bedrag terug te vorderen, verhoogd met een boete 10%. Tevens is een sanctie opgelegd van 50% over de te veel aangevraagde restitutie en een bedrag aan gederfde rente ingevorderd. In totaal heeft verweerder een bedrag van € 29.942,98 van appellante gevorderd.
22 december 2004 inzake de bescherming van dieren tijdens het vervoer en daarmee samenhangende activiteiten en tot wijziging van de Richtlijnen 64/432/EEG en 93/119/EG en van Verordening (EG) nr. 1255/97 (hierna: VO 1/2005) in samenhang bezien met bijlage II, onder 8, aanhef en onder b van VO 1/2005.
16 september 2010 (hierna: VO 817/2010) wordt indien na de uitkering van de restitutie komt vast te staan dat de voorschriften van Verordening (EG) nr. 1/2005 niet in acht zijn genomen, het desbetreffende deel van de restitutie geacht ten onrechte te zijn betaald en wordt het, in voorkomend geval met inbegrip van het overeenkomstig artikel 6 van deze verordening toe te passen sanctiebedrag, teruggevorderd overeenkomstig artikel 49 van Verordening (EG) 612/2009.
C-37/06 en C-58/06 en van 13 maart 2008 in zaak C-96/06 heeft de Commissie de conclusie getrokken dat het verband tussen VO 639/2003 en VO 1/2005 moet worden verduidelijkt.
Beslissing
- verklaart het beroep gegrond;
- vernietigt het bestreden besluit van 16 juli 2012;
- herroept het besluit van 17 januari 2012;
- draagt verweerder op het betaalde griffierecht van € 310,- aan appellante te vergoeden;
- veroordeelt verweerder in de proceskosten tot een bedrag van € 243,50 te betalen aan appellante.