Uitspraak
COLLEGE VAN BEROEP VOOR HET BEDRIJFSLEVEN
de Minister van Financiën (minister)
RTL Nederland B.V. (RTL)
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
mr. C.G.M. van Ede, griffier. De beslissing is in het openbaar uitgesproken op
12 juni 2014.
College van Beroep voor het bedrijfsleven
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van het College van Beroep voor het bedrijfsleven op 12 juni 2014 uitspraak gedaan op het verzoek om een voorlopige voorziening van de Minister van Financiën tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Rotterdam. De rechtbank had op 27 maart 2014 geoordeeld dat de minister onvoldoende inzicht had gegeven in de samenstelling van het archief van de Commissie Scheltema en had bepaald dat de minister binnen twaalf weken opnieuw op het bezwaar van RTL Nederland B.V. moest beslissen. De minister had bezwaar gemaakt tegen deze uitspraak en verzocht om een voorlopige voorziening, omdat hij vreesde dat uitvoering van de uitspraak zou leiden tot onomkeerbare gevolgen door openbaarmaking van vertrouwelijke gegevens.
De voorzieningenrechter overwoog dat de minister in hoger beroep ging tegen de uitspraak van de rechtbank, omdat hij meende dat de rechtbank zijn standpunt over de reikwijdte van artikel 1:42 van de Wet op het financieel toezicht ten onrechte niet had gevolgd. De voorzieningenrechter benadrukte dat de voorlopige voorzieningenprocedure niet bedoeld is om een definitief oordeel te vellen over de zaak, maar om een afweging te maken van de betrokken belangen. Hij concludeerde dat afwijzing van het verzoek om voorlopige voorziening zou leiden tot onomkeerbare gevolgen voor de minister, terwijl er geen zwaarwegende belangen waren die tegen toewijzing van het verzoek pleiten.
Daarom heeft de voorzieningenrechter het verzoek om voorlopige voorziening toegewezen en de uitspraak van de rechtbank geschorst totdat het College op het hoger beroep van de minister uitspraak heeft gedaan. De beslissing is openbaar uitgesproken en de proceskosten zijn niet toegewezen.