ECLI:NL:CBB:2013:BZ8132
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Eerste en enige aanleg
- W.E. Doolaard
- Rechtspraak.nl
Dubbelclaim bij aanvraag bedrijfstoeslag voor landbouwpercelen
In deze zaak heeft het College van Beroep voor het bedrijfsleven op 12 april 2013 uitspraak gedaan in een geschil over de toekenning van bedrijfstoeslag voor landbouwpercelen. Appellant, eigenaar van verschillende gewaspercelen, had deze percelen opgegeven in zijn aanvraag voor de bedrijfstoeslag 2010. Echter, dezelfde percelen waren ook opgegeven door de vennootschap onder firma Boerderij Breevoort, waarin appellant participeert. De verweerder heeft de aanvraag van appellant afgewezen op basis van een opzettelijke dubbele opgave, wat resulteerde in een uitsluiting van de bedrijfstoeslag van € 2.522,40. In het bestreden besluit werd de opzet weliswaar niet meer als zodanig gekwalificeerd, maar bleef de afwijzing van de bedrijfstoeslag gehandhaafd.
Appellant voerde aan dat de situatie voortkwam uit een administratieve dubbele opgave en dat verweerder niet had onderkend dat er geen echte dubbelclaim was. Hij stelde dat de werkwijze van verweerder in eerdere jaren, waarbij landbouwers gewaarschuwd werden bij een geconstateerde dubbelclaim, niet was toegepast in 2010. Het College oordeelde dat verweerder niet verplicht was om de aanvragen van 2010 te beoordelen volgens de latere werkwijze en dat er geen sprake was van rechtsongelijkheid.
Het College concludeerde dat appellant feitelijk onjuiste gegevens had verstrekt, aangezien hij de percelen niet in gebruik had op de peildatum van 15 mei 2010. Het beroep van appellant werd ongegrond verklaard, en het College oordeelde dat de opgelegde sanctie in overeenstemming was met de geldende regelgeving. De uitspraak benadrukt de verantwoordelijkheid van de aanvrager voor de juistheid van de verstrekte gegevens en de noodzaak om aan de voorwaarden voor de toekenning van subsidies te voldoen.