ECLI:NL:CBB:2013:BZ8125
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Eerste en enige aanleg
- W.E. Doolaard
- Rechtspraak.nl
Randvoorwaardenkorting en lichtintensiteit in varkensstallen
In deze zaak, uitgesproken op 9 april 2013 door het College van Beroep voor het Bedrijfsleven, gaat het om een geschil tussen maatschap A en B, appellante, en de staatssecretaris van Economische Zaken, verweerder. De zaak betreft een randvoorwaardenkorting van 5% die aan appellante was opgelegd vanwege een overtreding van het Varkensbesluit, specifiek met betrekking tot de lichtintensiteit in de varkensstal. Tijdens een controle op 19 augustus 2011 door de Algemene Inspectiedienst (AID) werd vastgesteld dat de lichtintensiteit in een afdeling van de stal niet voldeed aan de vereiste 40 lux, maar slechts tussen de 20 en 40 lux lag. Appellante voerde aan dat de controleur niet de juiste metingen had verricht en dat er onder de lampen wel degelijk meer dan 40 lux gemeten kon worden. Ze stelde ook dat de controleur haar niet de kans had gegeven om de verlichting te reinigen om aan de norm te voldoen.
Het College overwoog dat volgens de wetgeving de lichtintensiteit in een stal voor varkens ten minste 40 lux moet zijn gedurende ten minste 8 uur per dag. De appellante had geen concrete gegevens overgelegd die de juistheid van het rapport van de controleur konden betwisten. Het College concludeerde dat de controleur de appellante de gelegenheid had moeten bieden om de overtreding te herstellen, wat niet was gebeurd. Hierdoor was de opgelegde randvoorwaardenkorting onterecht. Het College verklaarde het beroep gegrond, vernietigde het bestreden besluit en legde geen randvoorwaardenkorting op aan appellante voor het jaar 2011. Tevens werd het griffierecht aan appellante vergoed.
Deze uitspraak benadrukt het belang van de mogelijkheid voor agrariërs om overtredingen te herstellen voordat sancties worden opgelegd, en de noodzaak voor controleurs om transparant en rechtvaardig te handelen tijdens inspecties.