ECLI:NL:CBB:2010:BL6146
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Voorlopige voorziening
- R.R. Winter
- N.W.A. Verrijt
- Rechtspraak.nl
Verzoek om voorlopige voorziening inzake besmetverklaring van dieren op basis van Q-koorts onderzoek
Op 2 maart 2010 heeft het College van Beroep voor het bedrijfsleven uitspraak gedaan in de zaak van Maatschap A en B, te C, die een verzoek om voorlopige voorziening had ingediend tegen de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit. Het verzoek was gericht tegen een besluit van 25 februari 2010, waarbij het bedrijf van verzoekster besmet was verklaard op grond van de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren. Dit besluit hield in dat alle verdachte drachtige geiten en mannelijke geiten op het bedrijf van verzoekster gedood moesten worden. De voorzieningenrechter heeft de zaak behandeld op 2 maart 2010, waarbij de gemachtigden van beide partijen hun standpunten toelichtten. Verzoekster voerde aan dat het onderzoek naar de aanwezigheid van de Q-koortsbacterie, dat was uitgevoerd op een monster uit de tankmelk, niet betrouwbaar was. De voorzieningenrechter oordeelde echter dat de besmetverklaring voldoende was onderbouwd door wetenschappelijke rapporten en dat de door verzoekster aangevoerde bezwaren niet voldoende waren om de beslissing van de verweerder te weerleggen. De voorzieningenrechter heeft het verzoek om voorlopige voorziening afgewezen, met de overweging dat de maatregel tot het doden van de dieren gerechtvaardigd was in het belang van de volksgezondheid. De voorzieningenrechter concludeerde dat het besluit van de verweerder de toets der kritiek kon doorstaan, ondanks de ingrijpende gevolgen voor verzoekster. Er waren geen termen aanwezig voor een proceskostenveroordeling.