ECLI:NL:CBB:2008:BG5932
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Eerste en enige aanleg
- M.A. van der Ham
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen heffing door het Productschap Tuinbouw
In deze zaak heeft het College van Beroep voor het bedrijfsleven op 27 augustus 2008 uitspraak gedaan in het beroep van appellant A, vertegenwoordigd door mr. J.M.R. Vlaar, tegen het Productschap Tuinbouw, vertegenwoordigd door mr. H.J.E. Wilms van Kersbergen. De zaak betreft een heffing die aan appellant was opgelegd over het jaar 2004, welke heffing aanvankelijk ongegrond was verklaard door verweerder. Appellant had bezwaar aangetekend tegen deze heffing, maar het bezwaar werd ongegrond verklaard. Het College had eerder, op 16 november 2006, een uitspraak gedaan waarin het bestreden besluit werd vernietigd en verweerder werd opgedragen opnieuw op het bezwaar van appellant te beslissen. Na deze uitspraak heeft verweerder een nieuwe heffing opgelegd, maar appellant stelde dat deze niet in overeenstemming was met de geldende verordening.
Tijdens de zitting op 13 augustus 2008 hebben beide partijen hun standpunten toegelicht. Het College heeft vastgesteld dat verweerder niet tijdig heeft gereageerd op de nieuwe heffing en dat appellant geen belang meer had bij het beroep, aangezien de aanvankelijke heffing inmiddels was gecrediteerd. Het College concludeert dat het beroep niet-ontvankelijk is, zonder aanleiding voor een proceskostenveroordeling. Wel heeft het College opgemerkt dat verweerder het griffierecht aan appellant dient te vergoeden, wat verweerder reeds uit eigen beweging heeft gedaan. De uitspraak is openbaar uitgesproken op 27 augustus 2008.