ECLI:NL:CBB:2006:AV0552
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Proceskostenveroordeling
- C.J. Borman
- J.A. Hagen
- F. Stuurop
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen besluit Minister van Verkeer en Waterstaat inzake oud-voor-nieuw regeling binnenvaartvloot
In deze zaak heeft appellante, V.o.f. A, beroep ingesteld tegen een besluit van de Minister van Verkeer en Waterstaat, genomen op 8 november 2004, met betrekking tot de Wet capaciteitsbeheersing binnenvaartvloot. Appellante had eerder bezwaar gemaakt tegen een besluit van 13 december 2000, waarin een speciale bijdrage was opgelegd voor de vervanging van het voor- en middenschip van het motorvrachtschip He-Jo. De Minister handhaafde zijn standpunt dat de oud-voor-nieuw verplichtingen van toepassing waren op de segmentsgewijze vernieuwing van de He-Jo. Tijdens de zitting op 9 december 2005 heeft de gemachtigde van appellante zijn standpunt toegelicht, terwijl de Minister niet aanwezig was.
De kern van het geschil draait om de vraag of de oud-voor-nieuw verplichtingen van de Raadsverordening van toepassing zijn, gezien het feit dat appellante een bestaand schip heeft gebruikt voor de vervanging. Appellante betoogde dat de Raadsverordening niet op haar van toepassing is, omdat het nieuwe voor- en middenschip afkomstig was van een schip met een Nederlands brandmerk. Het College oordeelde dat de oud-voor-nieuw verplichtingen terecht zijn opgelegd, omdat de vernieuwde He-Jo met toepassing van de Regeling is aangemeld als een door appellante in de vaart te brengen schip.
Het College heeft vastgesteld dat appellante niet heeft aangetoond dat het casco van het schip al in de vaart was voordat zij het gebruikte voor de verbouwing. Het beroep van appellante is gegrond verklaard, maar het College heeft ook vastgesteld dat de Minister verzuimd heeft te beslissen op het verzoek om schadevergoeding. De proceskosten zijn vastgesteld op € 644,00, en de Staat der Nederlanden is aangewezen als rechtspersoon die deze kosten moet vergoeden. Het College heeft het bestreden besluit vernietigd voor zover het niet is beslist op het verzoek om schadevergoeding en de Minister opgedragen opnieuw op het bezwaar te beslissen.