ECLI:NL:CBB:2005:AV0079
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Eerste en enige aanleg
- B. Verwayen
- J.L.W. Aerts
- H. Bekker
- Rechtspraak.nl
Toekenning van pluimveerechten onder de Meststoffenwet en de rol van milieuvergunningen
In deze zaak heeft het College van Beroep voor het bedrijfsleven op 14 december 2005 uitspraak gedaan in het geschil tussen A B.V. en de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit. Het geschil betreft de toekenning van pluimveerechten op basis van de Meststoffenwet en het bijbehorende Uitvoeringsbesluit. A B.V. had een beroepschrift ingediend tegen een besluit van de Minister van 4 augustus 2004, waarin het bezwaar van A B.V. tegen een eerdere beslissing over pluimveerechten werd afgewezen. De Minister stelde dat A B.V. weliswaar voldeed aan de voorwaarden voor toepassing van een hardheidsgeval, maar dat dit niet leidde tot de toekenning van meer pluimveerechten dan eerder geregistreerd.
De procedure begon op 31 augustus 2004 met de indiening van het beroepschrift. Tijdens de zitting op 11 oktober 2005 werd het standpunt van de Minister nader toegelicht door zijn gemachtigde, terwijl de directeur van A B.V. aanwezig was om de belangen van de appellante te verdedigen. De kern van het geschil lag in de berekening van de extra pluimveerechten, waarbij de Minister zich baseerde op de regelgeving en de beschikbare gegevens van Bureau Heffingen.
Het College concludeerde dat de berekening van de Minister juist was en dat A B.V. niet voor meer pluimveerechten in aanmerking kon komen dan eerder was geregistreerd. De uitspraak benadrukt de strikte toepassing van de regelgeving omtrent pluimveerechten en de beperkte ruimte voor afwijkingen door de autoriteiten. Het beroep van A B.V. werd ongegrond verklaard, en er werden geen proceskosten aan de Minister opgelegd.