ECLI:NL:CBB:2005:AT7331
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Eerste en enige aanleg
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen besluit Minister van Landbouw inzake extensiveringspremie
In deze zaak heeft de Maatschap A en B, appellante, beroep ingesteld tegen een besluit van de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, verweerder, betreffende de Regeling dierlijke EG-premies. Appellante had op 1 september 2004 beroep aangetekend tegen een besluit van 26 juli 2004, waarin verweerder het bezwaar van appellante tegen een eerder besluit van 31 december 2003 afwees. Dit eerdere besluit betrof de afwijzing van een verzoek om alsnog in aanmerking te komen voor het extensiveringsbedrag, dat onderdeel uitmaakt van de aanvraag oppervlakten voor de landbouwsubsidies. De procedure omvatte een zitting op 18 mei 2005, waar appellante werd vertegenwoordigd door haar gemachtigde, F. Keurhorst, en verweerder door mr. F.S. Cooke.
De kern van het geschil draait om de vraag of appellante een kennelijke fout heeft gemaakt in haar aanvraag voor het extensiveringsbedrag. Appellante stelde dat er sprake was van een kennelijke fout, omdat zij in eerdere jaren wel het extensiveringsbedrag had aangevraagd en ontvangen. Verweerder oordeelde echter dat de aanvraag niet onlogisch of onbegrijpelijk was ingevuld en dat er geen gerede twijfel bestond over de intenties van appellante. Het College van Beroep voor het bedrijfsleven oordeelde dat de aanvraag van appellante niet voldeed aan de criteria voor het erkennen van een kennelijke fout, zoals vastgelegd in de relevante Europese verordening.
Het College concludeerde dat verweerder terecht het bezwaar van appellante ongegrond had verklaard en het besluit van 31 december 2003 had gehandhaafd. De uitspraak benadrukt de verantwoordelijkheid van de producent voor het correct invullen van de aanvraag en de strikte voorwaarden waaronder wijzigingen na de indiening van een aanvraag kunnen worden geaccepteerd. Het beroep van appellante werd ongegrond verklaard, zonder dat er termen aanwezig waren voor een proceskostenveroordeling.