ECLI:NL:CBB:2005:AT7254
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Eerste en enige aanleg
- J.A. Hagen
- F. Stuurop
- H.A.B. van Dorst-Tatomir
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van de ontvankelijkheid van bezwaar tegen besluit inzake speciale bijdrage voor binnenvaartvloot
In deze zaak heeft het College van Beroep voor het bedrijfsleven op 8 juni 2005 uitspraak gedaan in het geschil tussen Scheepvaartbedrijf "Elja V" V.o.f. en de Minister van Verkeer en Waterstaat. De zaak betreft de ontvankelijkheid van een bezwaar dat door appellante is ingediend tegen een besluit van de Minister, waarbij een speciale bijdrage van NLG 159.336,-- was opgelegd op basis van de Wet capaciteitsbeheersing binnenvaartvloot. Appellante had bezwaar gemaakt tegen dit besluit, maar de Minister verklaarde het bezwaar niet-ontvankelijk omdat het bezwaarschrift te laat was ingediend. Appellante stelde dat de bijzondere omstandigheden van het exploiteren van een binnenschip, waarbij de vennoten aan boord wonen en het schip vaak in het buitenland is, de termijnoverschrijding verschoonbaar maakten.
Het College oordeelde dat de Minister het besluit op de juiste wijze had bekendgemaakt en dat appellante het bezwaarschrift na de wettelijke termijn van zes weken had ingediend. De omstandigheden die appellante aanvoerde, zoals de postbezorging aan boord van het schip, werden niet als voldoende geacht om de termijnoverschrijding te rechtvaardigen. Het College concludeerde dat appellante niet de nodige maatregelen had genomen om ervoor te zorgen dat belangrijke post tijdig werd ontvangen. Daarom werd het bezwaar terecht niet-ontvankelijk verklaard en werd het beroep ongegrond verklaard. Het College achtte geen termen aanwezig voor een proceskostenveroordeling van de Minister of appellante.