ECLI:NL:CBB:2005:AT2697
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Eerste en enige aanleg
- W.E. Doolaard
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen niet-ontvankelijk verklaring van bezwaar inzake EG-steunverlening akkerbouwgewassen
In deze zaak heeft appellant, A, beroep ingesteld tegen een besluit van de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, waarin zijn bezwaar tegen de afwijzing van akkerbouwsubsidie niet-ontvankelijk werd verklaard. Het besluit waartegen bezwaar werd gemaakt, dateert van 15 december 2002, en betreft de Regeling EG-steunverlening akkerbouwgewassen. Appellant had op 28 augustus 2003 beroep ingesteld, nadat zijn bezwaar op 21 juli 2003 niet-ontvankelijk was verklaard. De Minister had gesteld dat het bezwaarschrift niet tijdig was ingediend, omdat het niet binnen de wettelijke termijn van zes weken was ontvangen.
De procedure omvatte verschillende correspondenties tussen appellant en verweerder, waarbij appellant werd verzocht om opheldering te geven over de termijnoverschrijding en om zijn bezwaarschrift te ondertekenen. Appellant stelde dat hij niet tijdig had gereageerd vanwege het verzamelen van stukken en dat de verzending van het besluit niet correct was verlopen. Het College van Beroep voor het bedrijfsleven heeft vastgesteld dat het bezwaarschrift niet was ondertekend en dat appellant niet had aangetoond dat de termijnoverschrijding niet aan hem kon worden toegerekend.
Uiteindelijk heeft het College geoordeeld dat het bezwaar van appellant terecht niet-ontvankelijk was verklaard door de Minister. Het beroep van appellant werd ongegrond verklaard, en het College oordeelde dat er geen termen waren voor een proceskostenvergoeding. De uitspraak werd gedaan op 11 maart 2005 door mr. W.E. Doolaard, met mr. F.W. du Marchie Sarvaas als griffier.