ECLI:NL:CBB:2003:AM7938
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Eerste en enige aanleg
- C.M. Wolters
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om ontheffing van de Winkeltijdenwet door het College van Beroep voor het bedrijfsleven
Op 17 april 2003 ontving het College van Beroep voor het bedrijfsleven een beroepschrift van appellant, ingediend op 28 maart 2003 bij de rechtbank te Rotterdam. Dit beroep was gericht tegen een besluit van verweerder, dat op 17 maart 2003 was genomen, waarin het bezwaarschrift van appellant tegen de afwijzing van zijn verzoek om ontheffing van de Winkeltijdenwet werd afgewezen. De procedure vond plaats in de zesde enkelvoudige kamer van het College, met een zitting op 22 augustus 2003, waar appellant werd bijgestaan door zijn gemachtigde J. Borgstijn en verweerder werd vertegenwoordigd door mr. S. Penning.
De Winkeltijdenwet verbiedt onder andere de opening van winkels op zondag en op werkdagen voor 6 uur en na 22 uur. Appellant, die een winkel exploiteert onder de naam 'C', verzocht om ontheffing van deze bepalingen, zodat hij zijn winkel dagelijks van 15.00 tot 1.00 uur kon openen. Verweerder wees dit verzoek af, onder verwijzing naar adviezen van buurtagenten die wezen op de bestaande overlast in de omgeving. De Commissie van de deelgemeente Feijenoord, die het bezwaarschrift van appellant behandelde, concludeerde dat de afwijzing van het verzoek terecht was, gezien de reeds bestaande overlast in de buurt.
Het College oordeelde dat de Winkeltijdenwet en de bijbehorende verordening geen ruimte bieden voor het verlenen van een ontheffing voor de gevraagde openingstijden. Het College stelde vast dat de afwijzing van het verzoek om ontheffing op goede gronden was gebaseerd, met name om de woon- en leefsituatie in de omgeving te beschermen. De beslissing van verweerder om het verzoek af te wijzen werd als rechtmatig beschouwd, en het beroep van appellant werd ongegrond verklaard. Het College achtte geen termen aanwezig voor een proceskostenveroordeling.