ECLI:NL:CBB:2003:AM7756
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Eerste en enige aanleg
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen niet-ontvankelijkverklaring varkensrecht op basis van Besluit hardheidsgevallen herstructurering varkenshouderij
In deze zaak heeft het College van Beroep voor het bedrijfsleven op 30 september 2003 uitspraak gedaan in een beroep van appellant A tegen de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit. Appellant had op 18 maart 2002 een beroepschrift ingediend tegen een besluit van verweerder van 12 februari 2002, waarin het bezwaar van appellant tegen een eerder besluit van 25 februari 2000 niet-ontvankelijk werd verklaard. Dit eerdere besluit hield in dat appellant niet in aanmerking kwam voor berekening van het varkensrecht op basis van de categorieën 3 en 5 van het Besluit hardheidsgevallen herstructurering varkenshouderij (Bhv).
De procedure omvatte verschillende correspondenties tussen appellant en verweerder, waarbij appellant zijn gronden van bezwaar heeft gepresenteerd. Het College heeft vastgesteld dat verweerder de niet-ontvankelijkverklaring van het bezwaarschrift onvoldoende heeft onderbouwd, aangezien appellant al eerder zijn bezwaren had geuit. Het College oordeelde dat het bestreden besluit niet in stand kon blijven, omdat verweerder op de hoogte was van de gronden van appellant, die reeds in eerdere correspondentie waren vermeld.
Het College heeft het beroep gegrond verklaard, het bestreden besluit vernietigd en verweerder opgedragen om opnieuw op het bezwaarschrift van appellant te beslissen. Tevens is verweerder veroordeeld tot vergoeding van de proceskosten van appellant, die in totaal € 221,68 bedragen, en het griffierecht van € 109,--. De uitspraak benadrukt het belang van zorgvuldige communicatie en de noodzaak voor bestuursorganen om adequaat te reageren op ingediende bezwaren.