ECLI:NL:CBB:2003:AL8208
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Proceskostenveroordeling
- M.J. Kuiper
- W.E. Doolaard
- F.W. Du Marchie Sarvaas
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen besluit burgemeester Amsterdam inzake vergunningen horecabedrijf
In deze zaak heeft het College van Beroep voor het bedrijfsleven op 22 augustus 2003 uitspraak gedaan in een geschil tussen Hotel Winston B.V. en de burgemeester van Amsterdam. Het geschil betreft de afwijzing van een aanvraag voor een vergunning voor het plaatsen van speelautomaten in de bar van het hotel. De appellante, Hotel Winston B.V., had op 14 november 2000 een vergunning aangevraagd voor het plaatsen van een behendigheidsautomaat en twee kansspelautomaten in de bar, maar deze aanvraag werd op 13 mei 2002 afgewezen. De burgemeester van Amsterdam verklaarde het bezwaar van appellante ongegrond, met als argument dat de bar als laagdrempelige inrichting moet worden aangemerkt, omdat deze deel uitmaakt van het hotel en daarmee andere activiteiten met zelfstandige betekenis heeft, namelijk de hotelactiviteiten.
Appellante betwistte dit standpunt en voerde aan dat de bar een hoogdrempelige inrichting is, omdat deze ook toegankelijk is voor niet-hotelgasten en geen andere activiteiten met zelfstandige betekenis plaatsvinden. Het College oordeelde dat de burgemeester niet voldoende feiten had verzameld om te concluderen dat de bar laagdrempelig is. Het College vernietigde het bestreden besluit en droeg de burgemeester op om een nieuw besluit te nemen, waarbij de relevante feiten in acht worden genomen. Tevens werd de gemeente Amsterdam veroordeeld tot het vergoeden van de proceskosten en het griffierecht aan appellante.