ECLI:NL:CBB:2003:AG1644
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Eerste en enige aanleg
- C.J. Borman
- L. van Duuren
- Rechtspraak.nl
Weigering vergunning voor kansspelautomaten in horeca-inrichting
Op 13 januari 2003 ontving het College van Beroep voor het bedrijfsleven een beroepschrift van appellant, A, h.o.d.n. "B", tegen een besluit van de burgemeester van Arnhem van 3 december 2002. Dit besluit weigerde appellant een vergunning voor het aanwezig hebben van kansspelautomaten in zijn horeca-inrichting, die bestond uit een café en een snookersportgedeelte. De burgemeester had het bezwaar van appellant tegen deze weigering ongegrond verklaard, met als argument dat het café niet als een besloten ruimte kon worden aangemerkt, wat vereist is voor het verkrijgen van een vergunning voor kansspelautomaten.
De zaak werd behandeld op 4 april 2003, waarbij beide partijen zich lieten vertegenwoordigen door hun gemachtigden. De kern van het geschil was of het cafégedeelte van de inrichting als hoogdrempelig kon worden aangemerkt, wat noodzakelijk is voor de vergunning. Appellant stelde dat de afscheiding tussen het café en de zaalruimte met pooltafels voldoende was om het café als besloten ruimte te beschouwen. De burgemeester en het College oordeelden echter dat de visuele openheid en de toegankelijkheid van de toiletten via het café deze conclusie ondermijnden.
Het College concludeerde dat de burgemeester terecht had geoordeeld dat het café niet voldeed aan de vereisten van de Wet op de kansspelen. De aanwezigheid van een pooltafel en de mogelijkheid voor bezoekers om via het café de toiletten te bereiken, droegen bij aan de conclusie dat het café niet als een aparte, besloten ruimte kon worden beschouwd. Het College verklaarde het beroep van appellant ongegrond, zonder termen voor proceskostenveroordeling. De uitspraak werd openbaar gedaan op 23 mei 2003.