ECLI:NL:CBB:2003:AF6808
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Eerste en enige aanleg
- M.J. Kuiper
- W.F. Claessens
- Rechtspraak.nl
Intrekking van S&O-verklaringen wegens gebrekkige projectadministratie
In deze zaak gaat het om de intrekking van S&O-verklaringen die aan appellanten, A Offset B.V. en Beheermaatschappij A B.V., zijn afgegeven door de Minister van Economische Zaken. De intrekking vond plaats op basis van de bevindingen van een bedrijfsbezoek op 1 december 2000, waaruit bleek dat de projectadministratie van appellanten niet voldeed aan de wettelijke eisen. De appellanten stelden dat zij wel degelijk S&O-werkzaamheden hadden verricht en dat hun projectadministratie voldoende was. Echter, de Minister concludeerde dat de administratie te summier was om de aard en inhoud van de verrichte werkzaamheden en de bestede uren op eenvoudige wijze af te leiden.
De procedure begon met een beroepschrift van appellanten op 29 januari 2002, waarin zij de besluiten van 21 december 2001 aanvochten. De bestreden besluiten handhaafden de intrekking van de S&O-verklaringen. Tijdens de zitting op 3 januari 2003 werd het standpunt van beide partijen verder toegelicht. De appellanten voerden aan dat de intrekking van de verklaringen onbehoorlijk bestuur was, omdat er geen duidelijke aanwijzingen waren dat er geen S&O-werkzaamheden waren verricht.
Het College van Beroep voor het bedrijfsleven oordeelde dat de intrekking van de S&O-verklaringen gerechtvaardigd was, omdat appellanten niet voldaan hadden aan de wettelijke administratieplicht. De wet vereist dat de administratie zodanig is ingericht dat de aard en inhoud van het verrichte speur- en ontwikkelingswerk en de daaraan bestede uren eenvoudig en duidelijk kunnen worden afgeleid. Het College volgde de Minister in zijn conclusie dat de projectadministratie niet voldeed aan deze eisen, ongeacht de omvang van de bedrijven van appellanten. De beroepen werden ongegrond verklaard, en er werd geen proceskostenveroordeling opgelegd.