ECLI:NL:CBB:2002:AE7553
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Eerste en enige aanleg
- M.A. van der Ham
- R.P.H. Rozenbrand
- Rechtspraak.nl
Afwijzing subsidieaanvraag op basis van Regeling dierlijke EG-premies
In deze zaak heeft het College van Beroep voor het bedrijfsleven op 9 augustus 2002 uitspraak gedaan over een beroep van appellant A tegen de Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij. Appellant had op 19 september 2000 een aanvraag ingediend voor subsidie op grond van de Regeling dierlijke EG-premies voor vier stieren. De aanvraag werd afgewezen omdat appellant niet als producent kon worden aangemerkt volgens de geldende regelgeving. Appellant stelde dat hij een schriftelijke overeenkomst had voor het gebruik van een stal van C, maar tijdens de controle door de Algemene Inspectiedienst (AID) kon hij deze overeenkomst niet tonen. Het College oordeelde dat het aan appellant was om aan te tonen dat hij voldeed aan de eisen voor subsidieverlening. De AID had vastgesteld dat de stieren niet op het eigen bedrijf van appellant werden gehouden en dat er geen schriftelijke overeenkomst was. Appellant had wel een verklaring van C over de huur van de stal, maar deze was niet tijdig overlegd. Het College concludeerde dat verweerder terecht had geoordeeld dat appellant niet had aangetoond dat hij recht had op de subsidie. Het beroep van appellant werd ongegrond verklaard, en er werden geen proceskosten aan verweerder opgelegd.