ECLI:NL:CBB:2002:AE7050
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Eerste en enige aanleg
- H.C. Cusell
- J.A. Hagen
- M.A. Fierstra
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van subsidieaanvraag en BTW-plicht in het kader van de Kaderwet EZ-subsidies
In deze zaak heeft het College van Beroep voor het bedrijfsleven op 8 augustus 2002 uitspraak gedaan in het geschil tussen de Stichting Hogeschool van Utrecht en de Minister van Economische Zaken. De zaak betreft een beroep tegen een besluit van de Minister van Economische Zaken, waarin de aanvraag van de Stichting voor een subsidie op grond van de Kaderwet EZ-subsidies werd afgewezen. De Stichting had een subsidie aangevraagd voor het project 'Prima Donna: Vrouwen en Techniek in Beeld', dat gericht was op het stimuleren van meisjes in het voortgezet onderwijs om interesse te tonen in technische beroepen.
De Minister had eerder een subsidie toegekend, maar de Stichting betwistte dat de subsidie inclusief BTW was, en stelde dat de Minister ten onrechte geen rekening had gehouden met de door haar gedeclareerde BTW. Het College oordeelde dat de subsidie niet onderworpen was aan omzetbelasting, omdat de overheid in dit geval handelde in het algemeen belang en niet als verbruiker van een dienst. De uitspraak van het Europese Hof van Justitie werd aangehaald om te onderbouwen dat subsidies die in het algemeen belang worden verstrekt, niet als belastbare diensten kunnen worden aangemerkt.
Het College concludeerde dat de Minister terecht had geoordeeld dat de subsidie exclusief BTW was en dat de eerdere besluiten van de Minister, waartegen geen bezwaar was gemaakt, onaantastbaar waren geworden. De Stichting had geen recht op vergoeding van de BTW, omdat de subsidietoekenning expliciet was gedaan zonder rekening te houden met BTW. Het beroep van de Stichting werd ongegrond verklaard, en het College achtte geen termen aanwezig voor een proceskostenveroordeling.