ECLI:NL:CBB:2002:AE6561
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Proceskostenveroordeling
- H.C. Cusell
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen besluiten van de Minister van Economische Zaken inzake energie-investeringsaftrek
In deze zaak hebben appellanten, die gezamenlijk onder de naam Wings Roses een tuinbouwbedrijf exploiteren, beroep ingesteld tegen besluiten van de Minister van Economische Zaken. De besluiten betroffen de weigering van de afgifte van energieverklaringen op basis van de Wet op de Inkomstenbelasting 1964, specifiek artikel 11, eerste lid, onderdeel b. De Minister had geoordeeld dat de investeringsverplichtingen niet binnen de vereiste termijn van drie maanden waren aangemeld. De appellanten stelden dat de verplichtingen op 12 juli 2000 waren aangegaan, terwijl de Minister uitging van 10 juli 2000.
De procedure begon op 19 oktober 2001 met de ontvangst van beroepschriften door het College van Beroep voor het bedrijfsleven. Na een serie van schriftelijke stukken en een zitting op 18 juni 2002, waar getuigen werden gehoord, concludeerde het College dat de investeringsverplichting daadwerkelijk op 12 juli 2000 was aangegaan. Het College oordeelde dat de bestreden besluiten berustten op een onjuiste feitelijke grondslag en vernietigde deze besluiten. Tevens werd bepaald dat de Minister opnieuw moest beslissen op de bezwaarschriften van de appellanten.
Het College oordeelde verder dat de door appellanten betaalde griffierechten moesten worden vergoed en dat de Minister in de proceskosten moest worden veroordeeld. De kosten werden vastgesteld op € 644,-- voor beide appellanten gezamenlijk. De uitspraak werd gedaan op 6 augustus 2002 door mr. H.C. Cusell, in tegenwoordigheid van mr. M.S. Hoppener als griffier.