ECLI:NL:CBB:2001:AD4780
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Proceskostenveroordeling
- M.J. Kuiper
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen besluit van de Minister van Economische Zaken inzake S&O-verklaring voor Digitex V.O.F.
In deze zaak heeft het College van Beroep voor het bedrijfsleven op 17 oktober 2001 uitspraak gedaan in het beroep van Digitex V.O.F. tegen een besluit van de Minister van Economische Zaken. Het beroep was ingesteld tegen een besluit van 27 juni 2000, waarbij de minister had besloten de aanvraag van Digitex voor een S&O-verklaring niet in behandeling te nemen. Digitex had op 2 december 1999 een aanvraag ingediend voor een S&O-verklaring, maar de minister stelde dat de aanvraag niet correct was ingevuld en dat er ontbrekende gegevens waren. Digitex voerde aan dat de vragen in de brief van de minister onduidelijk waren en dat dit had geleid tot een te late indiening van de gevraagde gegevens.
Het College oordeelde dat de minister niet voldoende had gemotiveerd waarom de aanvraag niet in behandeling was genomen. Het College stelde vast dat de aanvraag van Digitex gericht was op een S&O-verklaring voor de werkzaamheden van een belastingplichtige, en dat de minister niet had aangetoond dat de aanvraag niet voldeed aan de wettelijke vereisten. Het College concludeerde dat het bestreden besluit in strijd was met de Algemene wet bestuursrecht, en verklaarde het beroep gegrond. De minister werd opgedragen om opnieuw op het bezwaar van Digitex te beslissen, met inachtneming van de uitspraak van het College. Tevens werd de minister veroordeeld in de proceskosten van Digitex en werd het griffiegeld vergoed.
Deze uitspraak benadrukt het belang van zorgvuldigheid bij de beoordeling van aanvragen voor S&O-verklaringen en de noodzaak voor bestuursorganen om duidelijk te communiceren over de vereisten voor dergelijke aanvragen. Het College heeft de minister opgedragen om de aanvraag opnieuw te beoordelen, waarbij rekening moet worden gehouden met de specifieke omstandigheden van de zaak.