ECLI:NL:CBB:2001:AB2492
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Voorlopige voorziening
- D. Roemers
- R.P.H. Rozenbrand
- Rechtspraak.nl
Afwijzing aanvraag vergunning voor speelautomaten in laagdrempelige inrichting Enschede
In deze zaak heeft het College van Beroep voor het bedrijfsleven op 26 juni 2001 uitspraak gedaan over de afwijzing van een aanvraag voor een vergunning voor het aanwezig hebben van zeventien speelautomaten in een laagdrempelige inrichting in Enschede. De aanvraag was ingediend door verzoeker sub 1, die samen met zijn echtgenote een cafetaria exploiteerde. De burgemeester van Enschede had de vergunning geweigerd op basis van de Wet op de kansspelen en de Algemene plaatselijke verordening gemeente Enschede. De president van het College oordeelde dat de gemeenteraad niet onterecht had gehandeld door geen nader onderzoek te doen naar de positie van de exploitanten, ondanks dat de regelgeving inmiddels was gewijzigd. De president benadrukte dat de burgemeester de vergunning niet had mogen weigeren zonder dat dit onderzoek was uitgevoerd.
De president stelde vast dat de speelautomatenhal in de afgelopen jaren was geëxploiteerd in samenhang met het cafetaria, wat door de gemeente was geëist. De president oordeelde dat de exploitatie van de speelautomatenhal als aparte inrichting mogelijk was, maar dat de vergunning voor kansspelautomaten in laagdrempelige inrichtingen niet kon worden verleend. De president concludeerde dat de gemeenteraad de vrijheid had om speelhallen niet toe te staan en dat de verzoekers niet onevenredig in hun belangen werden getroffen door de afwijzing van de vergunning.
De president wees de verzoeken om voorlopige voorziening af, omdat er geen aanleiding was om te veronderstellen dat de huidige gemeentelijke verordening onverbindend zou moeten worden geacht. De president concludeerde dat de verzoekers op de hoogte hadden moeten zijn van de beperkingen die op de exploitatie van kansspelautomaten zouden worden opgelegd en dat de burgemeester niet onzorgvuldig had gehandeld door de vergunning te weigeren. De verzoeken werden afgewezen zonder veroordeling in de proceskosten.