ECLI:NL:CBB:2001:AB1114
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Voorlopige voorziening
- B. van Wagtendonk
- A. Bruining
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om voorlopige voorziening inzake toelating bestrijdingsmiddelen
Op 15 maart 2001 heeft de president van het College van Beroep voor het bedrijfsleven uitspraak gedaan op de verzoeken om voorlopige voorziening in de zaken AWB 01/81, 01/82 en 01/83. De verzoekers, UCB Chemicals en BASF Nederland B.V. en Luxan B.V., hadden bezwaar gemaakt tegen de besluiten van het College voor de Toelating van Bestrijdingsmiddelen (CTB) van 22 december 2000, waarin de verlenging van de toelatingen van bepaalde bestrijdingsmiddelen werd geweigerd. De verzoekers vroegen de president om de bestreden besluiten te schorsen en de middelen te behandelen alsof zij toegelaten waren.
De president heeft de verzoeken om voorlopige voorziening op 8 maart 2001 behandeld, waarbij de gemachtigden van de verzoekers hun standpunten hebben toegelicht. De president overwoog dat de besluiten van 22 december 2000 strekten tot de weigering van verdere verlenging van de toelatingen van de bestrijdingsmiddelen op basis van metam-natrium. Echter, eerder had verweerder al op 29 juni 2000 de toelatingen beëindigd, waardoor de besluiten van 22 december 2000 feitelijk zonder voorwerp waren.
De president concludeerde dat de belangen van de verzoekers vooral lagen in het beroep dat nog aanhangig was tegen het besluit van 29 juni 2000, en dat de verzoeken om voorlopige voorziening niet voor toewijzing in aanmerking kwamen. De president wees de verzoeken af en achtte geen termen aanwezig voor de toepassing van artikel 8:75 van de Algemene wet bestuursrecht, wat betekent dat er geen proceskostenveroordeling plaatsvond. De uitspraak werd openbaar gedaan op dezelfde datum.