ECLI:NL:CBB:2001:AB0525
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- C.M. Wolters
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen doorhaling inschrijving in register van tussenpersonen op basis van de Wet assurantiebemiddelingsbedrijf
In deze zaak heeft appellante, een vennootschap onder firma genaamd 'D', beroep ingesteld tegen een besluit van de Bestuurskamer van de Sociaal-Economische Raad, waarbij haar inschrijving in het register van tussenpersonen is doorgehaald. Dit besluit volgde op een bezwaar dat appellante had ingediend tegen een eerder besluit van 7 december 1999, waarin verweerder had besloten de inschrijving van de vennootschap te schrappen. De procedure begon op 3 mei 2000, toen het College het beroepschrift ontving. Tijdens de zitting op 23 januari 2001 is appellante vertegenwoordigd door C, terwijl verweerder werd vertegenwoordigd door mr. J.B.A. Hoijinck.
De grondslag van het geschil ligt in de Wet assurantiebemiddelingsbedrijf, die bepaalt dat het verboden is als tussenpersoon op te treden zonder inschrijving in het register. De inschrijving kan worden doorgehaald als de tussenpersoon in liquidatie is getreden of als de feitelijke leiding niet voldoet aan de vereisten. Het College heeft vastgesteld dat de vennootschap 'D' na het uittreden van mede-vennoot E vóór de zitting is ontbonden, wat betekent dat verweerder verplicht was de inschrijving door te halen.
Het College oordeelt dat appellante geen belang meer heeft bij de vernietiging van het bestreden besluit, aangezien de vennootschap inmiddels is ontbonden. Hierdoor is appellante niet-ontvankelijk verklaard in haar beroep. De uitspraak werd gedaan door mr. C.M. Wolters, met mr. M.S. Hoppener als griffier, en vond plaats op 6 maart 2001.