ECLI:NL:RVS:2025:2352
Raad van State
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Voorlopige voorziening in asielzaak met betrekking tot verblijfsvergunning
Op 23 mei 2025 heeft de voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State uitspraak gedaan in een zaak betreffende een verzoek om een voorlopige voorziening. De zaak betreft een aanvraag van een verzoeker om een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd, die eerder door de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid was afgewezen. Dit besluit was genomen op 23 augustus 2023 en aangevuld op 4 oktober 2023. De rechtbank Den Haag had op 28 april 2025 het beroep van de verzoeker ongegrond verklaard, waarop de verzoeker hoger beroep heeft ingesteld en tevens verzocht om een voorlopige voorziening. De verzoeker vroeg de voorzieningenrechter om te bepalen dat zij niet zou worden uitgezet totdat er op het hoger beroep was beslist en om opvang en verstrekkingen te ontvangen. De voorzieningenrechter heeft, gelet op de aangevoerde argumenten, besloten een voorlopige voorziening te treffen. De minister van Asiel en Migratie werd veroordeeld tot vergoeding van de proceskosten van de verzoeker, die op € 907,00 werden vastgesteld, geheel toe te rekenen aan door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand. De uitspraak is openbaar uitgesproken op 23 mei 2025.