ECLI:NL:RBDHA:2025:16106

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
24 juli 2025
Publicatiedatum
28 augustus 2025
Zaaknummer
SGR 24/9127
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beoordeling van het beroep tegen de afwijzing van de aanvraag om herbeoordeling van kinderopvangtoeslag

In deze uitspraak beoordeelt de rechtbank het beroep van eiseres tegen de afwijzing van haar aanvraag om herbeoordeling van het recht op kinderopvangtoeslag op grond van de Wet hersteloperatie toeslagen (Wht). De aanvraag van eiseres werd door de Dienst Toeslagen afgewezen met een besluit van 17 juli 2023, en dit werd bevestigd in een bestreden besluit op 7 oktober 2024. De rechtbank heeft de zaak op 26 juni 2025 behandeld, waarbij eiseres en haar gemachtigde, evenals de gemachtigden van verweerder, aanwezig waren.

Eiseres had voor de opvang van haar drie kinderen toeslag aangevraagd voor de jaren 2010, 2011 en 2012. De rechtbank concludeert dat er geen aanwijzingen zijn voor institutionele vooringenomenheid of hardheid in de toepassing van de regels. Eiseres heeft geen recht op compensatie, omdat de afwijzing van haar aanvraag zorgvuldig is voorbereid en goed is gemotiveerd. De rechtbank wijst erop dat de jaren voor 2010 niet zijn meegenomen in de beoordeling, maar dat dit niet relevant is voor de uitspraak.

De rechtbank oordeelt dat de Dienst Toeslagen terecht heeft vastgesteld dat eiseres niet is gedupeerd en dat de aanvragen voor kinderopvangtoeslag correct zijn behandeld. De rechtbank verklaart het beroep ongegrond en wijst het verzoek om inzage in het persoonsdossier af, omdat dit dossier geen onderwerp van het beroep is. De uitspraak wordt openbaar uitgesproken op 24 juli 2025, en er is geen aanleiding voor een proceskostenvergoeding.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG
Bestuursrecht
zaaknummer: SGR 24/9127

uitspraak van de enkelvoudige kamer van 24 juli 2025 in de zaak tussen

[eiseres] , uit [woonplaats] , eiseres

(gemachtigde: mr. M.L.M. Klinkhamer),
en

Dienst Toeslagen, verweerder

(gemachtigden: mr. A.R. Sheikchote en mr. D. Ooiberg).

Inleiding

1. In deze uitspraak beoordeelt de rechtbank het beroep van eiseres tegen de afwijzing van haar aanvraag om herbeoordeling van het recht op kinderopvangtoeslag op grond van de Wet hersteloperatie toeslagen (Wht).
1.1.
Verweerder heeft deze aanvraag met het besluit van 17 juli 2023 afgewezen. Met het bestreden besluit van 7 oktober 2024 op het bezwaar van eiseres is verweerder daarbij gebleven.
1.2.
Verweerder heeft op het beroep gereageerd met een verweerschrift.
1.3.
De rechtbank heeft het beroep op 26 juni 2025 op zitting behandeld. Hieraan hebben eiseres en haar gemachtigde en de gemachtigden van verweerder deelgenomen.

Beoordeling door de rechtbank

Waar gaat deze zaak over?
2. Eiseres heeft voor de opvang van haar drie kinderen toeslag aangevraagd voor de jaren 2010, 2011 en 2012. Voor elk toeslagjaar is eerst een voorschot uitgekeerd, waar later een definitieve vaststellingsbeschikking op is gevolgd.
3. Op 11 januari 2022 heeft eiseres verzocht om herbeoordeling van het recht op kinderopvangtoeslag.
4. Verweerder heeft geconcludeerd dat met betrekking tot toeslagjaren 2010 tot en met 2012 geen sprake is van institutionele vooringenomenheid, hardheid in de toepassing van de regels en dat aan eiseres geen kwalificatie van opzet of grove schuld is gegeven. Daarom heeft eiseres volgens verweerder geen recht heeft op compensatie.
Wat brengt eiseres in beroep naar voren?
5. Het bestreden besluit is onzorgvuldig voorbereid en ondeugdelijk gemotiveerd. Verweerder had eiseres compensatie moeten verlenen. Het onderzoek is niet zorgvuldig, omdat de jaren voor 2010 niet zijn meegenomen; in het bestreden besluit is over die jaren niets vermeld. Eiseres heeft forse bedragen aan kinderopvangtoeslag moeten terugbetalen; dit is in bezwaarfase ook niet onderkend. Verweerder heeft bovendien niet alle zaakstukken verstrekt; onder meer het persoonlijk dossier van eiseres ontbreekt. Eiseres vraagt de rechtbank om te bepalen dat zij inzage moet krijgen in haar persoonlijk dossier.
Wat is het oordeel van de rechtbank?
6. De rechtbank komt tot het oordeel dat verweerder op zorgvuldige wijze heeft vastgesteld dat eiseres geen aanspraak maakt op compensatie op grond van de Wht en dat hij dit goed heeft gemotiveerd. Er is geen aanwijzing dat eiseres is gedupeerd als gevolg het van institutionele vooringenomenheid, hardheid in de toepassing van de regels dan wel een toewijzing van de kwalificatie opzet of grove schuld. De rechtbank licht hieronder toe waar dit oordeel op berust.
6.1
Allereerst is van belang, dat het bestreden besluit betrekking heeft op de toeslagjaren 2010 tot en met 2012. Verweerder heeft de zaakstukken verstrekt die de aanvragen van kinderopvangtoeslag over deze jaren betreffen. Eiseres heeft het vermoeden dat er nog meer relevante stukken zijn, niet aannemelijk kunnen maken. In het dossier ontbreekt ook enige aanwijzing dat eiseres in andere jaren kinderopvangtoeslag heeft aangevraagd.
6.2
Op basis van de stukken is duidelijk dat verweerder terecht heeft geoordeeld dat eiseres niet is gedupeerd door een oorzaak waarvoor de hersteloperatie compensatie biedt.
6.2.1
Over toeslagjaar 2010 is de kinderopvangtoeslag vastgesteld op een bedrag dat niet afwijkt van het voorgeschoten bedrag. Van enige benadeling is dan ook geen sprake.
6.2.2
Met betrekking tot toeslagjaar 2011 is de definitieve vaststelling iets lager geworden dan het eerst toegekende voorschot – van € 10.675 naar € 10.138. Een tweede voorschotbeschikking kwam uit op een bedrag van € 23.028,-. Dit was het gevolg van een kennelijke fout in de informatieverstrekking door eiseres. Dit bedrag is daarna, op basis van door eiseres doorgegeven wijzigingen, weer neerwaarts gecorrigeerd naar een bedrag van
€ 10.467,-. Uiteindelijk is het bedrag in de definitieve toekenning nog iets lager. Al deze wijzigingen zijn te herleiden tot informatie die door eiseres is aangeleverd.
6.2.3
Voor toeslagjaar 2012 is aanvankelijk een voorschot bepaald op een bedrag van
€ 7.417,-, bij beschikking van 29 december 2011, die snel werd opgevolgd door een vaststelling op nihil, bij beschikking van 21 januari 2012. Reden voor deze vaststelling, is dat de kinderopvangtoeslag op verzoek van eiseres werd beëindigd. Ook hieraan ligt dus geen benadeling ten grondslag.
7. Ten slotte constateert de rechtbank, dat het persoonsdossier geen onderwerp is van het voorliggende beroep. Het bestreden besluit strekt niet tot weigering van inzage in dat dossier en eiseres heeft niet aannemelijk gemaakt dat dit dossier relevante zaakstukken zou kunnen bevatten. Voor zover eiseres inzage in de daarin neergelegde gegevens nastreeft, kan zij vermoedelijk een beroep doen op ter zake toepasselijke regelingen, die in dit beroep niet aan de orde zijn. Het verzoek tot het gebieden van inzage wijst de rechtbank dan ook af.

Conclusie en gevolgen

8. Het beroep is ongegrond. Dit betekent dat het bestreden besluit in stand blijft. Voor een proceskostenvergoeding is geen aanleiding.

Beslissing

De rechtbank:
- verklaart het beroep ongegrond;
- wijst hetgeen overigens is verzocht af.
Deze uitspraak is gedaan door mr. A.M. de Wit, rechter, in aanwezigheid van mr. D.C. van Genderen, griffier.
De beslissing is uitgesproken in het openbaar op 24 juli 2025.
griffier
rechter
Een afschrift van deze uitspraak is verzonden aan partijen op:

Informatie over hoger beroep

Een partij die het niet eens is met deze uitspraak, kan een hogerberoepschrift sturen naar de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State waarin wordt uitgelegd waarom deze partij het niet eens is met deze uitspraak. Het hogerberoepschrift moet worden ingediend binnen zes weken na de dag waarop deze uitspraak is verzonden. Kan de indiener de behandeling van het hoger beroep niet afwachten, omdat de zaak spoed heeft, dan kan de indiener de voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State vragen om een voorlopige voorziening (een tijdelijke maatregel) te treffen.