Ten slotte hebben partijen arrest gevraagd op het pleitdossier.
De beoordeling
1. Gelet op hetgeen enerzijds is gesteld en anderzijds niet of onvoldoende is weersproken, staat tussen partijen het volgende vast.
1.1. Auto Actief c.s. vormen samen met de honderd procent dochters van Auto Actief Holding, te weten: Auto Actief B.V. en 4WD Centre Actief B.V., de Auto Actief Groep. De Auto Actief Groep houdt zich voornamelijk bezig met de verkoop en onderhoud van auto's.
1.2. Op 31 januari 2008 heeft een bespreking plaatsgevonden bij Rabobank waarin Rabobank de financiering van Auto Actief Groep heeft opgezegd.
1.3. Bij brief van 7 februari 2008 heeft Rabobank aan Auto Actief Groep de opzegging van de financiering tegen 1 mei 2008 bevestigd en verder geschreven:
"Tijdens onze bespreking van 31 januari jl heeft u aangegeven dat er nieuwe mogelijkheid is ontstaan om uw financiering te verminderen en zo uw rentelasten te beperken. De heer [geïntimeerde], op uw eigen verzoek aanwezig tijdens deze bespreking, heeft aangegeven serieuze plannen te hebben om het pand van Auto Actief Holding B.V. te kopen. (…) In geval van verkoop van het pand zal Auto Actief een deel van het pand huren en zullen de bedrijfsactiviteiten van de heer [geïntimeerde] voor extra verkoop/onderhoud mogelijkheden voor Auto Actief zorgen. De heer [geïntimeerde] heeft aangegeven dat er extra tijd nodig is om de plannen uit te werken alvorens een definitieve beslissing te maken. Over de verkoopprijs van het pand bestaat nog geen overeenstemming."
1.4. In een niet ondertekende brief van 28 april 2008 gericht aan Rabobank Groningen uit naam van [geïntimeerde sub 3] staat het volgende vermeld:
(…) "Zoals ik u in ons vorige gesprek heb aangegeven wordt mijn betrokkenheid met name ingegeven door de langdurige relaties die er tussen mijn bedrijf en het bedrijf van de familie [appellanten] liggen.
(…)
Tijdens ons gesprek van 8 april jongstleden hebben wij gesproken over de mogelijkheid dat Auto Actief Holding BV met haar dochtermaatschappijen geheel door mij zou worden gekocht en dat ik vervolgens een groot deel van Rabobank-schuld overneem en dat Rabobank van haar kant een deel van de schuld kwijtscheld, zodat voor Auto Actief B.V. onder de vlag van mijn bedrijf een levensvatbaar scenario ontstaat.
(…)
Om ons gesprek van morgen zo constructief mogelijk te laten zijn, lijkt het mij goed te weten wat mijn ideeën in dezen zijn:
1. [appellant sub 2] verkoopt al haar aandelen in Auto Actief Holding BV voor 1 euro aan een door mij uit de [geïntimeerde-]groep aan te wijzen vennootschap.
2. Auto Actief Holding BV geeft nieuwe aandelen uit van nominaal EUR 100 met 2,1 mio aan agio aan deze vennootschap.
3. Deze EUR 2,1 mio wordt direct ter aflossing aan Rabobank doorgestort. Rabobank houdt een financiering aan van EUR 250.000 in Auto Actief BV met als onderpand de huidige te handhaven borgstelling van EUR 100.000 van [appellant sub 2] vanuit privé en scheldt de rest van de financiering kwijt.
4. Van het gestorte vermogen in AA Holding wordt een nader te bepalen deel doorgestort als cum.pref aandelenkapitaal in Auto Actief BV.
5. Auto Actief BV verkoopt 45% van de reguliere aandelen terug aan [appellant sub 2] tegen een nader te bepalen prijs op een nader te bepalen tijdstip.
6. [appellant sub 2] zal de ondernemingsactiviteiten van Auto Actief BV voortzetten en kan vanuit de winst in dat bedrijf eerst het restant van de financiering aflossen en daarna de uitgegeven cumpref aandelen via [appellant sub 2] weer terugkopen van Auto Actief Holding BV (dan eigendom van de [geïntimeerde-groep]). Als alle cumprefs zijn teruggekocht kan hij ook de overige aandelen weer terugkopen en zodoende is [appellant sub 2] dan uiteindelijk op termijn weer eigenaar van Auto Actief BV. Rabobank wordt in staat gesteld de financiering van de aankoop door de [geïntimeerde-]groep te arrangeren en wordt tevens uitgenodigd om tegen onderpand van debiteuren en voorraden EUR 250.000 werkkapitaalfinanciering van Auto Actief BV te arrangeren.
1.5. In een brief van 16 mei 2012 van Rabobank aan [geïntimeerde sub 1] staat vermeld: "In uw brief van 28 april jl. heeft u onze bank een voorstel gedaan met betrekking tot de gedeeltelijke aflossing van de financiering van Auto Actief Holding BV Auto Actief BV en 4 WD Centre Actief BV (hierna: Auto Actief groep), tegen finale kwijting van de resterende vordering van onze bank. De aankoop van de aandelen van Auto Actief Holding BV door uw vennootschap maakt deel uit van uw voorstel. Op 29 april jl hebben wij over dit voorstel gesproken en hebben overeenstemming bereik over een betaling groot € 2.425.000,- ter gedeeltelijke aflossing van de financiering (…). Aangezien de huidige vordering van onze bank op de Auto Actief groep € 3.000.000,- bedraagt, betekent dit dat de bank kwijting verleent voor een bedrag groot € 575.000,-.(…)
1.6. In een e-mail van 12 juni 2008 schrijft de heer [accountant], accountant van [geïntimeerden], aan de heer [Y], accountant van Auto Actief c.s.:
(…)"Teneinde tot een deugdelijke risico-inventarisatie te kunnen komen is het ondermeer nodig dat het jaarrapport 2007 in definitieve vorm, voorzien van een accountantsverklaring en de over 2008 tot heden bijgewerkte cijfers samengesteld door Deloitte ter beschikking worden gesteld. Voorts is het de wens van de gebroeders [geïntimeerde] om vooraf zekerheid te verkrijgen over de fiscaal geaccordeerde verliesallocatie.
Mag ik je verzoeken zo spoedig mogelijk het gevraagde te willen opleveren teneinde in de beoogde tijdsplanning te kunnen schakelen?"(...)
1.7. Op 20 augustus 2008 hebben [geïntimeerden] aan Auto Actief c.s. laten weten niet tot overname bereid te zijn.
1.8. Bij brief van 2 september 2008 zijn [geïntimeerden] door Auto Actief c.s. gesommeerd de door Auto Actief c.s. gestelde overeenkomst na te komen.